Laatste rustdag in Bentota
De laatste rustdag, voordat we aan onze werkelijkerondreis door Sri Lanka beginnen. We bezoeken een Boeddhistische tempel in Bentota. Alle bezoekers kopen ofwel bloemen, ofwel fruitmandjes om te laten zegenen. Eerst worden alle schoenen netjes uitgedaan en blootsvoets betreden ze de tempel. Na de zegening delen ze het fruit aan eenieder die in de buurt is. Daarna struinen we door de twee grote hoofdstraten van Bentota. Geen echte winkelstraten zoals wij ze kennen in het Westen, maar winkels met afwisselend schoenen, auto-onderdelen, fruit, kleding, lotenverkopers en elektronica. Even verder hangt een penetrante visgeur, hoewel deze nog beter is dan de geur van Doerian, een grote gele vrucht die we op Sumatra al een keer hebben uitgeprobeerd, maar hetgeen we hier niet zullen herhalen. We kijken nog even in wat shops voor echte wandelsandalen, maar helaas is het een en al plastic dat hier verkocht wordt.
We keren terug naar het hotel. Ons hotel ligt aan een langgerekt parelwit strand er een landstrook (lagune) tussen de zee en het hotel. Langs deze landstrook loopt een enkele treinrails waar heel af en toe een afgeladen boemeltreintje voorbij komt. Een ouderwetse trein uit koloniale tijden. Daar tussendoor, vlak langs het spoor, lopen dan weer de koeien. We genieten nog een laatste avond van het schitterende uitzicht op zee vanaf het hogerop gelegen restaurant. De eekhoorntjes rennen heen en weer over het dak. Met een hevige regen- en onweersbui sluiten we de dag af.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}